Afstudeeronderzoek Merel Fase

Als student Watermanagement heeft Merel tijdens haar stage bij de Gemeente Rotterdam onderzoek gedaan naar de succesfactoren voor stedelijke rivieren en de vertaalslag naar wat dit voor de Nieuwe Maas en haar oevers kan betekenen. Haar onderzoek is geïnspireerd door haar buitenlandse ervaring tijdens de minor aan de Nationale Universiteit van Taiwan in Taipei.

Samenvatting

Wereldwijd trekken steden steeds meer mensen aan door de rijke geschiedenis, aanwezigheid van scholen, culturele activiteiten, de aanwezigheid van vele banen en meer. Helaas is het moeilijker om op deze plekken tussen de kantoren en hoogbouw ruimte te realiseren voor recreatie en groene plekken. In combinatie met de grote uitdaging van de komende decennia, klimaatverandering, wordt de leefbaarheid voor bewoners slechter. Voor steden, zoals
Rotterdam, biedt één ruimtelijk aspect zowel een voordeel als een nadeel. Een stedelijke rivier, in dit geval de Nieuwe Maas, kan de nodige ruimte bieden om in een dichtbevolkt gebied een plek te geven voor recreatievoorziening en groene plekken. Realistisch gezien zal er nooit tot aan de oevers gebouwd worden. Daartegenover staat wel dat de gevolgen van klimaatverandering, zoals een stijgende zeespiegel, op deze plekken wel extremer zullen zijn. Bovendien liggen de oevers van de Nieuwe Maas in buitendijks gebied en zijn kwetsbaar voor wateroverlast. De hoofdvraag van het onderzoek: Wat zijn de succesfactoren voor de Nieuwe Maas en haar rivieroevers om deze aantrekkelijk, natuurlijk, levendig en veilig in te richten én op welke manier kunnen voorbeelden uit het buitenland hier inspiratie voor bieden? De focus wordt gelegd op de Nieuwe Maas en haar oevers binnen de stadsgrenzen van Rotterdam. Dit gebied loopt van Waalhaven tot aan Oud IJsselmonde.

Onderzoeksmethodes
Door middel van literatuuronderzoek, veldonderzoek, ruimtelijke analyses en ontwerpend onderzoek is geprobeerd om de hoofdvraag zo goed mogelijk te beantwoorden. In dit onderzoek heeft ontwerpend onderzoek het meest centraal gestaan om verschillende iteratieslagen mogelijk te maken. Door in gesprek te gaan met de begeleiders is er geen tunnelvisie ontstaan en zo het meest potentiële beeld voor de Nieuwe Maas gemaakt.

Resultaten
De uitkomsten van de eerste deelvraag toont aan waar, in zowel binnen- als buitenland, stedelijke rivieren te vinden zijn met een grote betekenis voor de bewoners. Voorbeelden van functies in de buitenruimte zijn sportvoorzieningen, evenementen, horeca, uitkijkpunten en meer. De analyse laat zien dat elke rivier anders is qua vorm en gebruik, en dat iedere stad op zijn eigen manier naar de rivier en haar oevers kijkt. In de zoektocht naar een methode om
belangrijke factoren voor de rivier en oevers te bepalen, is een oud onderzoek over succesfactoren voor stadsparken van de TU Delft naar voren gekomen. Na meerdere iteratieslagen is het oude onderzoek vertaald naar acht succesfactoren van een stedelijk rivierpark: (1) Capaciteit/druk op rivierpark, (2) Identiteit, (3) Verankering, (4) Routes van én naar rivierpark, (5) Entree, (6) Routes binnen rivierpark, (7) Attractiviteit en (8) Aanwezigheid parken. Met
behulp van deze methode zijn de resultaten van de analyse gecontroleerd en hebben de steden scores gekregen voor deze factoren. Wat opvalt is dat de steden met een hoge score twee patronen lijken te hebben. Ten eerste lijken de factoren Routes van én naar rivierpark, Routes binnen rivierpark en Entree gezamenlijk hoog te scoren. Daarnaast scoren ook de factoren Attractiviteit en Aanwezigheid Parken gezamenlijk hoog. De eerste gaat over verschillende
aspecten van de bereikbaarheid, terwijl de tweede ingaat op de aantrekkingskracht om bezoekers naar het rivierpark te trekken. Aan de hand van de opgestelde methode en eerste aannames scoort Rotterdam niet hoog. Om de uitkomsten te controleren is een uitgebreide analyse uitgevoerd. De controle laat zien dat het rivierpark van de Nieuwe Maas weinig oeververbindingen, een dominante sfeer van de haven, gefragmenteerde fietspaden en enkele grote aanliggende parken heeft. De stad heeft wel een goed openbaar vervoer netwerk, maar dit sluit niet ideaal aan bij het rivierpark. Als bezoekers van het openbaar vervoer gebruik maken om naar het rivierpark te reizen, zijn er maar weinig haltes op een korte afstand van het rivierpark. De analyse laat zien dat niet alle factoren makkelijk zijn om als gemeente direct aan te passen. Zo zijn de factoren die inspelen op het inwonersaantal, de locatie van de rivier en de startpunten met de haltes van het openbaar vervoer moeilijk of niet aan te passen. De overige vijf factoren (Identiteit, Routes binnen rivierpark, Routes van en naar rivierpark, Attractiviteit en Aanwezigheid parken) zijn wel makkelijker te
verbeteren. En verbetering is nodig! Het rivierpark van de Nieuwe Maas ligt in de delta en is gevoelig voor zowel de invloeden van zee als door klimaatveranderingen. In de toekomst zal in dit gebied daardoor meer wateroverlast, maar ook warmere periodes en droogte voorkomen. Voor resultaten op kort termijn ligt er potentiële ruimte op de oevers waar de gemeente zelf eigenaar van is én waar eventuele toestemming van de havenmeester ontwikkeling in het water mogelijk maakt. Deze potentiële ruimte bestrijkt het gebied van de Parkkade tot en met de Oosterkade (noordelijke oever), Eva Cohen-Hartogkade tot en met de Stieltjesstraat én Piet Smitkade (zuidelijke oever). Binnen dit gebied lijkt de meeste urgentie om te ontwikkelen te liggen in het deelgebied van de locatie van het Rondje Bruggen.
De terugkoppeling van de analyse naar inspiratiebeelden en de methode van succesfactoren voor een stedelijk rivierpark bieden hulp met de invulling van het toekomstbeeld.

Conclusie
De beroepsproducten bieden inspiratie voor vervolgonderzoeken en een startpunt voor de transformatie van de oevers van de Nieuwe Maas. Er is gekeken naar voordelen en nadelen om de haalbaarheid te vergroten. Er valt te concluderen dat voor concrete stappen nog verder onderzocht moet worden of het ontwerp daadwerkelijk haalbaar is en wat de kosten en duur van het project zouden zijn. Het onderzoek toont de potentie langs de oevers van Rotterdam. In de toekomst zullen er aanpassingen nodig zijn om de leefbaar van de stad te verbeteren. De druk op het gebied zal toenemen door de verdichtingsgraad in de stad, het gebrek aan ruimte voor recreatie, versterking van de gevolgen van klimaatverandering. Het onderzoek schets daarom het toekomstbeeld van het stedelijke rivierpark. Het vaststellen en verder onderzoeken van een ontwerp is daarin essentieel.

Aanbevelingen
Het onderzoek biedt een brede blik buiten de stadsgrenzen van Rotterdam. Door te kijken wat er speelt in andere steden en gebieden is er inspiratie opgedaan. Het kan raadzaam zijn om bij verdere onderzoeken deze benadering ook toe te passen. Met betrekking tot het onderzoek is het aan te raden om de haalbaarheid van het getoonde toekomstbeeld van dit onderzoek te bekijken. Het is nu nog niet bekend wat de exacte maatschappelijke, financiële en praktische aspecten zijn voor de locaties. Verder moet onderzocht worden wat de bereidheid van het havenbedrijf en de havenmeester is bij het ontwikkelingen in het water. Als laatste zal de rol van de haven voor de stad Rotterdam altijd goed in de gaten moeten worden gehouden. De aanwezigheid van binnenvaart heeft een direct gevolg op de invulling van recreatie op de oevers en op het water. Als deze situatie verandert, kunnen er indien gewenst ook andere invulling worden onderzocht.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *